Energie transitie

Enkele tientallen jaren geleden zag ik een documentaire over een goede doeleninstelling in Afrika. Omdat deze instelling ruimte had in hun budget, besloten zij om watertanks te plaatsen, opdat het watertekort in de droge periode kon worden overbrugt. En zo gedaan. Maar ze waren vergeten dat in de moesson tijd deze tanks wel moesten worden gevuld. Daarom werden er geen dakgoten aan de woningen aangebracht, met bijbehorende pijpen, om het overvloedige regenwater in de tanks te laten uitkomen. Het resultaat was dat de tanks leeg bleven en nutteloos stonden weg te roesten. Weggegooid geld dus. 

Met de huidige zogenaamde ‘duurzame’ energie is iets dergelijks aan de hand. Wel worden daken volgegooid met zonnepanelen en worden er talloze windmolens in het landschap gezet, die niet duurzaam zijn, maar de tussenschakel wordt geheel vergeten en er is niemand die deze olifant in de kamer benoemd.

Maar eerst iets over duurzaamheid. Duurzaamheid betekent niet alleen dat de kracht van de zon en van de wind gebruikt kan worden om energie op te wekken. Het betekent ook dat de middelen om deze energie op te kunnen wekken volledig recyclebaar zijn. En dat is nu juist niet het geval. Noch de zonnepanelen zijn volledig recyclebaar, noch de windmolens. Bij de windmolens worden de wieken bijvoorbeeld begraven, omdat de materialen waar ze van gemaakt werden, niet meer opnieuw te gebruiken zijn. Bij zonnepanelen is iets dergelijks het geval; ook die kunnen niet uit elkaar worden gehaald en volledig hergebruikt, noch voor de zelfde toepassing, noch voor andere toepassingen. Daarbij komt nog dat men zonnepanelen op vruchtbaar land plaatst, wat volkomen onnodig is, omdat er daken genoeg zijn om zonnepanelen op te plaatsen. Een absurde en krankzinnige wijze om goede grond aan andere producties (bijvoorbeeld voedsel) te onttrekken. Maar goed, wij leven nu eenmaal in een krankzinnige wereld.

 

Dan nu de tussenschakel waar ik het over heb. Zoals bij de watertanks in Afrika de tussenschakel, om deze effectief te maken, dakgoten en pijpen naar de watertanks is, is de tussenschakel van ‘duurzame’ energie uit windkracht en zonnekracht, de opslag van deze energie. Want het is nu eenmaal zo dat de zon geen etmaal schijnt, omdat er een afwisseling is van dag en nacht. En bovendien in onze streken veel meer energie wordt opgewekt in de zomer, dan nodig is, maar in de winter veel te weinig energie wordt opgewekt, voor de behoefte aan energie. Door het gehele jaar is ook nog dat, in de donkere uren van een etmaal meer energie wordt verbruikt, dan overdag als de zon schijnt. En ook de wind waait niet constant met de zelfde snelheid. Daarom is ook voor windenergie opslag nodig, die ook in uren/dagen dat niet genoeg wordt opgewekt, toch gebruikt gemaakt kan worden van deze energie soorten, die bij opwekking altijd uit elektriciteit bestaat. 

Accu’s zijn uitermate geschikt om, op kleine schaal, elektriciteit op te slaan, waarbij wel gekeken moet worden of deze accu’s recyclebaar zijn om duurzaam te zijn, want niet alle accu’s zijn recyclebaar. Maar voor de gigantische hoeveelheid energie, die nodig is bij een, zelfs maar een gedeeltelijke energie transitie, zijn zij volkomen ongeschikt. Er is echter één manier va opslag die, niet alleen betaalbaar, maar ook in staat is om elke hoeveelheid energie uit wind en zon op te slaan. Dat is waterstof! Het is een heel simpele techniek om van elektriciteit waterstof te maken en andersom van waterstof weer elektriciteit te maken. De techniek hiervoor – bijvoorbeeld de brandstofcel – is reeds in de 60er jaren van de vorige eeuw ontwikkeld, maar is tegen gehouden door machtige mensen, die inzagen dat zij minder winsten konden maken in een goed ontwikkelde waterstof economie, dus uit zelfzucht en eigenbelang.

Het sprookje dat dit heel veel energie kost, is volkomen onwaar. Dit is enkel in de wereld gebracht om deze goede wijze van opslag te frustreren uit winstbejag. De wereldwijde elite laat liever grote stroomstoringen komen doordat het elektriciteitsnet onstabiel wordt, dan dat zij andere mensen een goed bestaan gunnen. De werkelijkheid is dat het energieverlies, door elektriciteit – waterstof – en weer elektriciteit, minder verlies kost, dan het verlies bij de huidige hoogspanningsleidingen. Helaas is onze huidige regering niet, zoals vele vroegere regeringen, in dienst van het volk, maar zijn zij de handlangers van de superrijke wereldelite, die alle macht en rijkdom naar zich toe willen trekken. Vandaar hun maatregelen om van onze democratie een dictatuur te maken en dat de bevolking onder hoge lasten hun welvaart en gezondheid moeten inleveren. Daarvoor is onder andere de klimaathysterie uitgevonden, met het sprookje van de CO2 en stikstof, die onze toekomst zou verknoeien, die in de werkelijk geen van allen bestaan. Want wat het klimaat en de samenstelling van de lucht betreft, dat regelt God, daar hebben wij mensen helemaal niets over te zeggen, evenmin als over het weer. 

Daarbij komt dat de gemiddelde temperatuur op de hele Aarde, sinds 1850, met één graad Celsius is gestegen, niet iets om zich druk over te maken. CO2 is hard nodig om weelderige oogsten te kunnen hebben, omdat planten daar gedeeltelijk hun voedsel vandaan halen en wij mensen, direct of indirect, ons voedsel. De droge lucht bestaat voor 78,09% uit stikstof. En al deze zaken regelt God Zelf; daar hebben wij mensen helemaal geen invloed op! Het is te belachelijk voor woorden, als het niet zo erg was, om te denken dat wij mensen daar iets aan kunnen doen, te dwaas om dit beleid serieus te nemen. En toch word de economie verwoest en de voedselproductie aan banden gelegd, waardoor er ook een kunstmatige hongersnood wordt gecreëerd. Om over andere, niet bestaande crisissen maar niet te spreken. Ook de huidige energie crisis bestaat in werkelijkheid niet, maar is kunstmatig gecreëerd. 

Het probleem voor de superrijken is dat een waterstof economie alleen effectief kan werken, door deze regionaal/plaatselijk te maken. Want de zon schijnt overal en ook de wind blaast overal. Daarom vraagt omzetting en opslag via waterstof ook een regionale/plaatselijke aanpak. Maar de superrijke elite verrijkt zich juist door alles in eigen hand te houden en iedereen van henzelf afhankelijk te maken. Juist een waterstofeconomie breekt daarom hun macht en rijkdom eerder af, dan dat zij die opbouwt. Vandaar hun fanatieke verzet ertegen. 

En hoe ziet een efficiënte waterstof economie, volgens mij, eruit? Een waterstofeconomie draait niet enkel op waterstof. Er zullen ook andere energie bronnen moeten worden gebruikt. Daarom zal eerst de hetze tegen zogenaamde niet duurzame energie moeten stoppen, want het is een illusie dat het gebruik daarvan spoedig, wellicht nooit, geheel door waterstof, of andere echt duurzame energiesoorten, kan worden overgenomen. Terwijl wat wij mensen nu duurzaam noemen vaak helemaal niet duurzaam is. Denk bijvoorbeeld aan het kappen van hele bossen, om hier elektriciteit van te maken; dat is het tegenovergestelde van duurzaam, omdat daarmee onze Aarde vernietigt wordt. Want wij maken ons heden erg druk over CO2, welnu bossen nemen heel veel CO2 op. Dus in plaats van kappen, zouden wij heel veel bos moeten aanplanten, het liefst in die onbebouwde gebieden die arm zijn aan bossen, maar ook niet geschikt voor landbouw en veesteelt. Daarnaast moeten die middelen, waarmee energie van zon en wind worden geoogst voor menselijk gebruik, volledig recyclebaar zijn, dus alle materialen moeten kunnen worden hergebruikt, voor ofwel dezelfde doeleinden, ofwel voor andere doeleinden. Want alleen dat is echt duurzaam. 

Maar een groot aandeel van onze energie kan wel degelijk uit duurzame bronnen komen en dan denk ik niet alleen aan waterstof. Dan denk ik bijvoorbeeld, maar niet uitsluitend, aan methaangas uit meststoffen. Tenslotte is aardgas ook methaangas, dus kan biologische methaangas, uit dierlijke en menselijke mest, heel goed gebruikt worden. Daarmee wordt ook elk mestprobleem opgelost; immers nadat het methaangas uit de mest is verwijderd, kan de resterende, niet meer stinkende mest, in korrels worden geperst en net zo gemakkelijk als kunstmest over de akkers worden uitgestrooid. Het belangrijke verschil met kunstmest, is dat deze natuurlijke mest rijker is aan voedingsstoffen en, doordat de mest van verschillende dieren andere samenstellingen heeft, deze mest ook nog kan worden aangepast aan de verschillende gewassen. Dit is daarom een win-win situatie, die veel huidige problemen oplost. Maar landbouwgrond aan voedselproductie te onttrekken om duurzame energie te produceren is, ronduit, krankzinnig. Ziek is ook natuurbossen te kappen voor hetzelfde doel.

Waterstof wordt gemaakt door water te splitsen in waterstof en zuurstof. En van waterstof kan weer elektriciteit worden gemaakt door te deze te ‘verbranden’; dus zuurstof (van de lucht) eraan toe te voegen. De vrijgekomen energie is dan elektriciteit.  In een daarvoor ontwikkelde brandstofcel, die al ongeveer 60 jaar geleden is uitgevonden, kan dit proces beide kanten op. Zowel van elektriciteit waterstof maken, als van waterstof elektriciteit maken. En dat met slechts een gering verlies aan energie. Dit is een doorlopend proces en volledig duurzaam. Want bij het maken van waterstof komt zuurstof vrij die, bijna totaal, in de lucht wordt losgelaten en bij het maken van elektriciteit wordt deze zelfde zuurstof weer opgenomen in het water. Daarbij komt nog dat er geen zuiver water hoeft te worden gebruikt om waterstof te gebruiken, zeewater en vervuild water kan ook. Maar bij het omzetten van waterstof naar elektriciteit komt er wel schoon, zij het dood water, vrij. Dood water is water waar geen leven in zit. Normaal zit in water veel micro organismen, die door een microscoop te zien zijn. Maar door dood water in de natuur te laten, wordt dit als vanzelf levend water. De opslag van waterstof kan in grote en minder grote tanks geschieden, zowel onder hoge druk als in vloeibare vorm. Misschien ook wel ondergronds, bijvoorbeeld in zoutlagen.

 

Indien wij werkelijk tussen de 80% en 100% onze economie op waterstof willen laten draaien, dan zullen wij een gedeelte in de vorm  van waterstof moeten importeren. Want zie zonne-energie is het meest geëigende methode, meer nog dan windenergie. Want windmolens werken alleen daar goed waar ze voor geen overlast zorgen voor mensen en ook geen groot gevaar vormen voor vliegende dieren. Kijk de oude windmolens in ons landschap waren relatief laag bij de grond en bovendien waren de wieken zodanig dat vliegende dieren hen konden ontwijken. Moderne windmolens, voor energie opwekking, zijn hoger, waardoor velen op vlieghoogte van dieren, en bovendien voor vliegende dieren niet goed zichtbaar voor het gevaar van ertegen aan vliegen. Misschien kan door andere ontwerpen of maatregelen dit wel verbeterd worden, maar zonne-energie levert deze nadelen niet op, omdat daar in het gebruik geen bewegende delen aan zitten.

 

In onze streken kan er echter onvoldoende zonne-energie worden opgewekt, om de gehele energiebehoeften te dekken. Alhoewel er ruim voldoende zonne-energie kan worden opgewekt, als men de gehele Aarde gebruikt. Dan is in een enkele dag al meer dan voldoende energie voor het gehele jaar beschikbaar, alhoewel de middelen daar geen volledig gebruik van kunnen maken. Volgens de volgende formule: opgewekte energie / (geplaatste capaciteit x 12 uur x dagen in het jaar) x 100 = percentage, leveren zonnepanelen in ons land ongeveer gemiddeld 20% op. Toelichting op deze formule: Over het gehele jaar gemeten komen de dagen met zonlicht uit op gemiddeld 12 uur per dag. Vandaar de meting over een geheel jaar; 365 dagen en in schrikkeljaren 366 dagen. De vermenigvuldiging met 100 is om het percentage boven nul te krijgen. En het gaat om de percentage van de opgewekte energie ten opzichte van de geplaatste capaciteit. 

Wij leven in een gematigd klimaat, in zuidelijke landen, met meer uren directe zoneschijn (= minder bewolking) en een gunstiger plaatsing van de zonnepanelen ten opzichte van de zon, zal de hoeveelheid opgewekte energie heel veel hoger zijn. Verdubbeling of verdrievoudiging ten opzichte van in ons land. Die omzetten in waterstof – voor zover plaatselijk niet nodig – en de waterstof vervoeren als gas, ofwel via schepen, ofwel via pijpleidingen is net zo gemakkelijk als dat de aardgas nu vervoerd wordt. Dat levert bovendien middelen op om niet alleen de plaatselijke welvaart te vergroten, maar ook om woestijn gebieden om te toveren in vruchtbare landstreken. Israël doet dit al, vaak met een membraam techniek, maar het kan ook met gebruik van pure zonne-energie. 

De techniek om met zonne-energie zoetwater uit zeewater te maken is ook al oud. Namelijk torens die, met behulp van spiegels, water tot stoom maken, die kunnen voor turbines gebruikt worden en de afgekoelde stoom kan weer gebruikt worden om land te bevloeien. Wanneer de opgewekte elektrische energie als waterstof wordt opgeslagen, dan kunnen de turbines waarschijnlijk dag en nacht doordraaien en water produceren. Wanneer er dan, naast vruchtbare akkers, ook bossen worden aangeplant, dan kan het land tot een redelijke temperatuur overdag worden afgekoeld en in de nacht worden opgewarmd. Bovendien kan het hout in de bossen worden geoogst na een aantal jaren. 

U kunt inzien dat met zonne-energie en waterstof heel veel kan, maar niet alles. Toch is het een onrealistische utopie te denken dat dit heden kan worden ingevoerd. De wereldwijde superrijke elite zal dit tegenhouden. Wij zullen dus moeten wachten totdat Jezus Christus is wedergekomen op Aarde en alle kwade machten krachten en mensen verdwenen zijn. Maar gelukkig duurt dit nog maar een gering aantal jaren, omdat wij heden in de Eindtijd leven en de Apocalyps zich voor onze ogen aan het ontvouwen is. 

Cor Huizer. 

27 juni 2022.










© Cor Huizer 2024
Ontwerp en hosting Maartens automatisering